In het configuratiebestand kunnen de
toetsen die gebruikt worden om in aptitude een commando te activeren,
aangepast worden. Elk commando heeft onder
Aptitude::UI::Keybindings
een bijbehorende
configuratievariabele. Om een andere toets aan een commando te koppelen,
moet u gewoon de overeenkomstige variabele instellen op die toets. Om
bijvoorbeeld de toets s een zoekopdracht te laten
uitvoeren, moet u Aptitude::UI::Keybindings::Search
instellen op “s
”. U kunt het indrukken van
de Control-toets noodzakelijk maken door
“C-
” voor de toets te plaatsen: bijvoorbeeld
met “C-s
” in plaats van
“s
” wordt de zoekopdracht gekoppeld aan
Control+s in
plaats van aan s. Tenslotte kunt u een commando ook aan
verschillende toetsen koppelen door een met komma's gescheiden lijst te
gebruiken: bijvoorbeeld met “s,C-s
” kunt u
zowel met de toets s als met de toetsencombinatie Control+s een
zoekopdracht uitvoeren.
De volgende commando's kunnen gekoppeld worden aan (een) toets(en) door de
variabeleAptitude::UI::Keybindings::
in te stellen, waarbij commando
commando
de naam is van
het commando waaraan de toets gekoppeld wordt:
Commando | Standaard | Omschrijving |
---|---|---|
ApplySolution | ! | Indien pakketten defect zijn en aptitude een oplossing voor het probleem gesuggereerd heeft, die suggestie onmiddellijk toepassen. |
Begin | home,C-a | Ga naar het begin van de huidige weergave: naar het begin van een lijst of naar de linkerkant van een tekstinvoerveld. |
Cancel | C-g,escape,C-[ | Annuleert de huidige interactie: sluit bijvoorbeeld een dialoogvenster of deactiveert het menu. |
Changelog | C |
Geeft het bestand changelog.Debian weer van het
momenteel geselecteerde pakket of pakketversie.
|
ChangePkgTreeGrouping | G | Wijzigt het groeperingsbeleid van de pakketlijst die momenteel actief is. |
ChangePkgTreeLimit | l | Wijzigt de afgrenzing van de pakketlijst die momenteel actief is. |
ChangePkgTreeSorting | S | Wijzigt het sorteringsbeleid van de pakketlijst die momenteel actief is. |
ClearAuto | m | Markeert het pakket dat momenteel geselecteerd is, als handmatig geïnstalleerd. |
CollapseAll | ] | Vouwt in een hiërarchische lijst de geselecteerde boomstructuur en alle subniveaus ervan samen. |
CollapseTree | left | Vouwt in een hiërarchische lijst de geselecteerde boomstructuur samen. |
Confirm | enter | In dialoogvensters is dit het equivalent van “Ok” drukken. In een interactie op de statusregel selecteert dit bij een meerkeuzevraag de standaardoptie. |
Cycle | tab | Verplaatst de focus van het toetsenbord naar het volgende “element”. |
CycleNext | f6 | Verspringt naar de volgende actieve weergave. |
CycleOrder | o | Wisselt tussen voorgeprogrammeerde indelingen van het scherm. |
CyclePrev | f7 | Springt naar de vorige actieve weergave. |
DelBOL | C-u | Verwijdert alle tekst tussen de cursor en het begin van de regel. |
DelBack | backspace,C-h | Verwijdert bij het invoeren van tekst het vorige teken. |
DelEOL | C-k | Verwijdert alle tekst vanaf de cursor tot het einde van de regel. |
DelForward | delete,C-d | Verwijdert bij het invoeren van tekst het teken waarop de cursor staat. |
Dependencies | d | Geeft de vereisten van het momenteel geselecteerde pakket weer. |
DescriptionCycle | i | Wisselt bij het doornemen van de pakketlijst tussen de verschillende beschikbare weergaven in het informatiegebied. |
DescriptionDown | z | Scrolt bij het doornemen van de pakketlijst het informatiegebied een regel naar onder. |
DescriptionUp | a | Scrolt bij het doornemen van de pakketlijst het informatiegebied een regel naar boven. |
DoInstallRun | g | Het scherm met een voorafbeelding tonen als dat nog niet actief is [a]. Indien dat scherm wel al actief is, een installatieoperatie uitvoeren. |
Down | down,j | Beweegt naar beneden: scrolt bijvoorbeeld naar beneden door een weergegeven tekst of selecteert het volgende item uit een lijst. |
DumpResolver | * | Schrijft indien er defecte pakketten zijn, de huidige toestand van de probleemoplosser op in een bestand (met het oog op debuggen). |
End | end,C-e | Ga naar het einde van de huidige weergave: naar onderaan de lijst of naar de rechterkant van een tekstinvoerveld. |
ExamineSolution | e | Indien er defecte pakketten zijn en aptitude een oplossing gesuggereerd heeft, een dialoogvenster weergeven met een gedetailleerde beschrijving van de voorgestelde oplossing. |
ExpandAll | [ | Vouwt in een hiërarchische lijst de geselecteerde boomstructuur en al zijn subniveaus uit. |
ExpandTree | right | Vouwt in een hiërarchische lijst de geselecteerde boomstructuur uit. |
FirstSolution | < | Selecteer de eerste oplossing van de probleemoplosser. |
ForbidUpgrade | F | Verbiedt dat een pakket opgewaardeerd wordt naar de momenteel beschikbare versie ervan (of naar een specifieke versie). |
ForgetNewPackages | f | Verwijdert alle informatie over welke pakketten “nieuw” zijn (maakt de lijst van “nieuwe” pakketten leeg). |
Help | ? | Geeft een on-line hulpscherm weer. |
HistoryNext | down,C-n | In een regeleditor die een geschiedenis van wijzigingen bijhoudt, verder naar het verleden gaan. |
HistoryPrev | up,C-p | In een regeleditor die een geschiedenis van wijzigingen bijhoudt, terugkeren naar een minder ver verleden. |
Hold | = | Bevriest een pakket. |
Install | + | Markeert een pakket om geïnstalleerd te worden. |
InstallSingle | I | Markeert één enkel pakket om geïnstalleerd te worden. Alle andere pakketten worden op hun huidige versie behouden. |
Keep | : | Annuleert voor een pakket alle installatie- en verwijderingsverzoeken en alle handhavingsopdrachten. |
LastSolution | < | Selecteer de laatste oplossing die door de probleemoplosser uitgewerkt werd. |
Left | left,h | Beweegt naar links: verschuift in de menubalk bijvoorbeeld één menu-item meer naar links of verplaatst bij het bewerken van tekst de cursor naar links. |
LevelDown | J | Selecteert in een hiërarchische lijst de volgende aanverwant van het momenteel geselecteerde item (het volgende item dat zich op hetzelfde niveau bevindt en dat onder hetzelfde bovenliggende element thuis hoort). |
LevelUp | K | Selecteert in een hiërarchische lijst de vorige aanverwant van het momenteel geselecteerde item (het vorige item dat zich op hetzelfde niveau bevindt en dat onder hetzelfde bovenliggende element thuis hoort). |
MarkUpgradable | U | Attempts to upgrade all packages which are not held back or forbidden from upgrading. It also installs new Essential or Required packages. |
MineFlagSquare | f | Plaatst of verwijdert in Mijnenveger een vlag op/van een vakje. |
MineLoadGame | L | Haalt een spelletje Mijnenveger op. |
MineSaveGame | S | Bewaart een spelletje Mijnenveger |
MineSweepSquare | Geen koppeling | Veegt in Mijnenveger rond het huidige vakje. |
MineUncoverSquare | Geen koppeling | Legt in Mijnenveger het huidige vakje bloot. |
MineUncoverSweepSquare | enter | Legt in Mijnenveger het huidige vakje bloot als het bedekt is. Veegt er anders rond. |
NextPage | pagedown,C-f | Gaat in de huidige weergave een pagina verder. |
NextSolution | . | Doe de vereistenoplosser voortgaan naar de volgende oplossing. |
No | n [b] | Deze toets selecteert de knop “no” in een dialoogvenster met yes/no. |
Parent | ^, left (in package items) |
Selects the parent of the selected item in a hierarchical list.
left is used only in package items (rows) when showing
trees of packages.
|
PrevPage | pageup,C-b | Gaat in de huidige weergave een pagina terug. |
PrevSolution | , | Doe de vereistenoplosser naar de vorige oplossing terugkeren. |
Purge | _ | Markeer het momenteel geselecteerde pakket om gewist te worden. |
PushButton | space,enter | Activeert de momenteel geselecteerde knop of vinkt een keuzevakje aan/uit. |
Quit | q | Sluit de huidige weergave. |
QuitProgram | Q | Sluit het programma volledig af. |
RejectBreakHolds | Wijs alle acties van de oplosser af die een handhaving zouden verbreken. Het equivalent van . → | |
Refresh | C-l | Bouwt het scherm volledig opnieuw op. |
Remove | - | Markeer een pakket om verwijderd te worden. |
ReInstall | L | Markeer het momenteel geselecteerde pakket om opnieuw geïnstalleerd te worden. |
RepeatSearchBack | N | Herhaalt de laatste zoekbewerking, maar zoekt in de tegengestelde richting. |
ReSearch | n | Herhaalt de laatste zoekbewerking. |
ReverseDependencies | r | Geeft de pakketten weer die afhankelijk zijn van het momenteel geselecteerde pakket. |
Right | right,l | Beweegt naar rechts: gaat bijvoorbeeld in de menubalk één menu-item verder naar rechts, of beweegt bij het bewerken van tekst de cursor naar rechts. |
Search | / | Activeert de “zoek”-functie van het interface-element dat momenteel actief is. |
SearchBack | \ | Activeert de “achterwaartse zoek”-functie van het interface-element dat momenteel actief is. |
SearchBroken | b | Zoek in een pakketboom naar het volgende defecte pakket. |
SetAuto | M | Markeer het huidige pakket als automatisch geïnstalleerd. |
ShowHideDescription | D | Schakelt bij een pakketlijst de zichtbaarheid van het informatiegebied aan/uit. |
SolutionActionApprove | a | Markeert bij het bekijken van een oplossing de momenteel geselecteerde actie als "goedgekeurd" (die wordt telkens waar mogelijk mee opgenomen in toekomstige oplossingen). |
SolutionActionReject | r | Markeert bij het bekijken van een oplossing de momenteel geselecteerde actie als "afgewezen" (in toekomstige oplossingen zal die niet meer opgenomen worden). |
ToggleExpanded | enter | In een hiërarchische lijst wordt de momenteel geselecteerde boomstructuur uitgevouwen of dichtgevouwen. |
ToggleMenuActive | C-m,f10,C-space | Activeert of deactiveert het hoofdmenu. |
Undo | C-_,C-u | Annuleert de laatste actie. Dit kan teruggaan tot het ogenblik waarop aptitude opgestart werd OF tot de laatste maal dat de pakketlijst bijgewerkt werd of pakketten geïnstalleerd werden. |
Up | up,k | Gaat naar boven: scrolt bijvoorbeeld naar boven in een weergegeven tekst of selecteert het vorige item uit een lijst. |
UpdatePackageList | u | Werkt de pakketlijst bij door indien nodig nieuwe lijsten op te halen via het internet. |
Versions | v | Geeft de beschikbare versies van het momenteel geselecteerde pakket weer. |
Yes |
y [b]
| Deze toets selecteert de knop “Yes” in dialoogvensters met yes/no . |
[a]
tenzij [b] De standaard kan hier verschillen naargelang de lokalisatie. |
Naast lettertoetsen, cijfertoetsen en leestekentoetsen, kunnen ook de volgende “speciale” toetsen als sneltoets gedefinieerd worden:
Toetsnaam | Omschrijving |
---|---|
a1 | De toets A1. |
a3 | De toets A3. |
b2 | De toets B2. |
backspace | De toets Backspace. |
backtab | De toets achterwaartse Tab |
begin | De toets Begin (niet Home) |
break | De toets “Break”. |
c1 | De toets C1. |
c3 | De toets C3. |
cancel | De toets Cancel. |
create | De toets Create. |
comma | Komma (,) -- merk op dat dit de enige manier is om de komma als sneltoets te definiëren, vermits komma's gebruikt worden bij een lijst van toetsen. |
command | De toets Command. |
copy | De toets Copy. |
delete | De toets Delete. |
delete_line | De toets “delete line” (wis regel). |
down | De toets “Pijl-omlaag”. |
end | De toets End. |
entry | De toets Enter. |
exit | De toets Exit. |
f1 , f2 , ..., f10 | De functietoetsen F1 tot F10. |
find | De toets Find. |
home | De toets Home. |
insert | De toets Insert. |
insert_exit | De toets “insert exit”. |
clear | De toets “clear” (wissen). |
clear_eol | De toets “clear to end of line” (wis tot einde regel). |
clear_eos | De toets “clear to end of screen” (wis tot einde scherm). |
insert_line | De toets “insert line” (regel invoegen). |
left | De toets “Pijl-links”. |
mark | De toets Mark. |
message | De toets Message. |
move | De toets Move. |
next | De toets Next. |
open | De toets Open. |
previous | De toets Previous. |
print | De toets Print. |
redo | De toets Redo. |
reference | De toets Reference. |
refresh | De toets Refresh. |
replace | De toets Replace. |
restart | De toets Restart. |
resume | De toets Resume. |
return | De toets Return. |
right | De toets “Pijl-rechts”. |
save | De toets Save. |
scrollf | De toets “scroll forward” (vooruit scrollen). |
scrollr | De toets “scroll backwards” (achteruit scrollen). |
select | De toets Select. |
suspend | De toets Suspend. |
pagedown | De toets “Page Down”. |
pageup | De toets “Page Up”. |
space | De Spatiebalk |
tab | De toets Tab |
undo | De toets Undo. |
up | De toets “Pijl-omhoog”. |
Naast het definiëren van een globale sneltoets, kan men ook een
snelkoppeling aanpassen voor een specifiek onderdeel (of
domein) van aptitude: om bijvoorbeeld in de
menubalk van de Tab-toets het equivalent te maken van de toets Pijl-rechts,
moet u Aptitude::UI::Keybindings::Menubar::Right
instellen op “tab,right
”. De volgende
domeinen kunnen gebruikt worden:
Domein | Omschrijving |
---|---|
EditLine | Gebruikt voor widgets van het type regelbewerking, zoals het invoerveld in een dialoogvenster “Zoek naar:”. |
Menu | Gebruikt voor een uitklappend keuzemenu. |
Menubar | Gebruikt voor de menubalk bovenaan het scherm. |
Minesweeper | Gebruikt voor de modus Mijnenveger. |
MinibufChoice | Gebruikt voor de multiplechoicevragen die u krijgt als u ervoor gekozen heeft om sommige vragen in de statusregel te laten stellen. |
Pager | Gebruikt bij het weergeven van een op schijf opgeslagen bestand (bijvoorbeeld de hulptekst). |
PkgNode | Gebruikt voor pakketten, pakketbomen, pakketversies en pakketvereisten als ze in een pakketlijst voorkomen. |
PkgTree | Gebruikt voor pakketlijsten. |
Table | Gebruikt voor widgetplatformen (bijvoorbeeld dialoogvensters). |
TextLayout | Gebruikt bij de weergave van opgemaakte tekst, zoals pakketbeschrijvingen. |
Tree |
Gebruikt bij de weergave van alle boomstructuren (met inbegrip van
pakketlijsten, waarvoor echter met PkgTree iets anders
gekozen kan worden).
|